Zoeken in deze blog

vrijdag 29 april 2011

anticonceptie

mijn wangen tintelen
smaakpapillen draaien om hun as
hormonenfeestjes in mijn mond
het gehemelte gaat eraf

donderdag 28 april 2011

kunst

wat we willen:
momenten
van helderheid
of beter nog: van grote
klaarheid

schaars zijn die momenten
en ook goed verborgen

zoeken heeft dus
nauwelijks zin, maar
vinden wel

de kunst is zo te leven
dat het je overkomt

die klaarheid, af en toe

-Martin Bril

donderdag 21 april 2011

Ik weet niet of iemand al eens heeft opgemerkt dat afzonderlijkheid een van de belangrijkste kenmerken van het leven is. Als we niet verpakt zijn in een laag vlees, sterven we. De mens bestaat slechts zolang hij van zijn omgeving is gescheiden. De schedel is de helm van een ruimtevaarder. Hou hem op of je gaat dood. De dood is ontkleding, de dood is gemeenschap. Het is misschien heerlijk om op te gaan in je eigen omgeving, maar dat te doen betekent het einde van het tere ik.

-Vladimir Nabokov

dinsdag 19 april 2011

het leven zelf is dodelijk

Het heldere licht irriteerde zijn oogleden. Hij draaide zijn hoofd zo dat zijn gezicht in haar kussen was begraven. Die witte gordijnen zorgden voor al deze ellende. De gordijnen die zij had uitgezocht. Hij had ze altijd al gehaat. Dat ellendige licht 's ochtends ook altijd. Ze waren er dankzij haar. Ze had hem haar liefste glimlach gegeven en hij was gesmolten toen ze in die winkel stonden. Hoe had hij haar vragende blik ooit kunnen weerstaan? Die herinnering aan de blikkering van haar tanden bezorgde hem een wee gevoel in zijn maag. Hij zou haar alles gegeven hebben. Alles.

Hij rook aan het kussen. Haar geur was allang verdwenen, al dacht hij dat hij soms nog iets van haar zoete parfum bespeurde in de stof.
Zuchtend draaide hij zich weer op zijn rug. De hoogte van het plafond duizelde hem. Het voelde alsof er een gigantisch gat in zijn borst zat. Het bleef maar bloeden. De leegte kon nimmer worden opgevuld.

Opeens voelde hij zich boos. Wie had het recht, of nam het recht om hem haar te ontnemen. Reddeloos stompte hij in het kussen en begroef zijn gezicht erin. Zilte tranen bevochtigden het dons.

De vele handen op zijn schouder waren goed bedoeld geweest, maar leeg van betekenis. Die dag had gevoeld alsof hij er zelf niet was. Alle stemmen leken gedempt, alsof hij onder een glazen stolp stond. De doffe blik die hij mensen toewierp werden beantwoord met angstige grote ogen en verontschuldigende gebaren. Het deed er allemaal niet meer toe. Ze wisten allemaal van niets. Nooit zouden ze het kunnen begrijpen, het hartverscheurende verdriet en zijn allesverslindende liefde voor haar. Nee, ze konden het niet weten. Zij waren hem niet. Zij waren haar niet.

dinsdag 12 april 2011

"skin of light"

The skin of light clothing this world is without thickness and I, I see the deep nights of all bodies the same beneath the varied veil and the light of myself is this night that even the solar mask can no longer hide from me. I am the seer of the night, the auditor of silence, because silence too is dressed in skin of sound and each sense its night a I myself am my own night. I am the thinker of non-being and its glory. I am death's father.She is the mother she is whom I conjure from the perfect mirror of the night I am man reversed my speech is a hole in the silence. I know disillusion I destroy what I become I kill what I love.

-René Daumal

la vie d'un reveur #2

hij frummelde met zijn vingers onder de tafel terwijl ze hem indringend aankeek. het gebrek aan slaap maakte hem rusteloos. hij werd ook nog zenuwachtig van de manier waarop ze zorgvuldig één voor één de sperziebonen naar haar mond bracht. hij probeerde kalm te bijven en richtte zijn blik op het waxinelichtje op de tafel. het was net uitgegaan en smeulde nog een beetje na. het zal vast wel ergens goed voor zijn, dacht hij.
//
voorzichtig hield ze de kaars boven het water. loom droop het vet over de rand. de figuren die het maakte als het afkoelde in vloeibare substantie, waren fascinerend. door de concentratie die ze moest opbrengen, vielen de piep-geluiden op de achtergrond in het niets.
//
heel spannend, was het allemaal. de cirkels waren eindelijk op hun rug getekend en mensen begonnen met hun handen op de tafel te trommelen. het ritmische geluid bracht hem in een soort van trance. dit moest wel het startteken zijn waar ze het over hadden. er was geen tijd om er verder over na te denken. dat kwam goed uit want de mist in zijn hoofd zorgde er voor dat hij niet helder kon denken. het maakte allemaal niets meer uit.

donderdag 7 april 2011

wat wil je later?

  • architect van luchtkastelen worden
  • bedenker van raisons d'être zijn
  • meester zijn van het escapisme
  • mijn joie de vivre bevatten

vrije val

ik ben bang dat de
woorden me zullen
ontsnappen. dat ze als
lichtvlekken op mijn
oogleden zullen
dansen, ongrijpbaar. straks
raken ze voor eeuwig
verloren,
omdat ik de kracht niet
had om ze van mijn tong
te laten glijden.

zondag 3 april 2011

daar liggen ze weer
hun afgeschilferde huid ligt
als sneeuw of vroegrijpe bloesem
om hen heen

ze liggen daar
als prenatale kinderen van de zon
als de eeuwige aanbidders van het licht
hun roodverbrande lichaamsdelen
hun melkwitte lactocide lichaamssappen
zoals de huid had moeten zijn